Balans en toelichting
Balans en toelichting
Activa
(bedragen x € 1.000) | ||||
(voor bestemming van het gerealiseerde resultaat) | 31-12-16 | 31-12-17 | ||
Vaste activa | 687.064 | 694.773 | ||
B01 | Immateriële vaste activa | 113.802 | 119.556 | |
Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief | 306 | 874 | ||
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 113.496 | 118.682 | ||
B02 | Materiële vaste activa | 525.571 | 529.354 | |
Investeringen met een economisch nut | 451.100 | 445.889 | ||
Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven | 73.897 | 72.636 | ||
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut | 574 | 10.829 | ||
B03 | Financiële vaste activa | 47.691 | 45.863 | |
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen | 7.909 | 8.119 | ||
Leningen aan woningbouw corporaties | 23.282 | 20.464 | ||
Overige langlopende leningen | 16.459 | 17.255 | ||
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer | 16 | - | ||
Overige financiële vaste activa | 25 | 25 | ||
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | - | - | ||
Vlottende activa | 200.208 | 200.345 | ||
B31 | Voorraden | 110.633 | 99.444 | |
Grond- en hulpstoffen | 46 | 42 | ||
Onderhanden werk | 104.051 | 92.615 | ||
Gereed product en handelsgoederen | 6.536 | 6.787 | ||
B11 | Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar | 69.901 | 73.868 | |
Vorderingen op openbare lichamen | 40.888 | 40.686 | ||
Rekening-courantverhoudingen met niet-financiële instellingen | 1.167 | 1.321 | ||
Overige vorderingen | 27.841 | 31.858 | ||
Overige uitzettingen | 5 | 3 | ||
B12 | Liquide middelen | 109 | 4.450 | |
Kassaldi | 89 | 65 | ||
Banksaldi | - | 4.361 | ||
Overige liquide middelen | 20 | 24 | ||
B21 | Overlopende activa | 19.565 | 22.583 | |
De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, nog te ontvangen van: | ||||
| - | 512 | ||
| 2.469 | 428 | ||
| 4.162 | 3.695 | ||
Overige nog te ontvangen bedragen en de vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen | 12.934 | 17.948 | ||
ACTIVA | 887.272 | 895.118 | ||
Recht op verliescompensatie krachtens de wet Vpb 1969 | nihil. |
Balans en toelichting
Passiva
(bedragen x € 1.000) | ||||
31-12-16 | 31-12-17 | |||
Vaste passiva | 676.415[1] | 673.231 | ||
B04 | Eigen vermogen | 184.781 | 178.462 | |
Algemene reserve | 97.233 | 71.213 | ||
Bestemmingsreserves | 107.189 | 110.002 | ||
Het gerealiseerd resultaat volgend uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening | -19.641 | -2.753 | ||
B05 | Voorzieningen | 56.445 | 58.766 | |
B06 | Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer | 435.189 | 436.003 | |
Onderhandse leningen van: | ||||
- binnenlandse pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen | 1.105 | 755 | ||
- binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 353.378 | 366.025 | ||
- openbare lichamen | 31.460 | 20.000 | ||
- buitenlandse instellingen, fondsen, banken, bedrijven en | 48.600 | 48.600 | ||
Door derden belegde gelden | - | - | ||
Waarborgsommen | 630 | 623 | ||
Overige vaste schulden | 16 | - | ||
Vlottende passiva | 210.857 | 221.887 | ||
B13 | Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar | 119.066 | 126.713 | |
Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen | 12.000 | 26.000 | ||
Overige kasgeldleningen | 50.000 | 44.000 | ||
Banksaldi | 3.350 | - | ||
Overige schulden | 53.716 | 56.713 | ||
B22 | Overlopende passiva | 91.791 | 95.174 | |
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen | 49.659 | 52.554 | ||
De voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren ontvangen van : | ||||
| 40 | 591 | ||
| 35.892 | 23.370 | ||
| 2.134 | 16.797 | ||
Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen | 4.066 | 1.862 | ||
TOTAAL PASSIVA | 887.272 | 895.118 | ||
Totaalbedrag waartoe aan natuurlijke en rechtspersonen borgstellingen of garantstellingen zijn verstrekt. | 17.851 | 16.562 |
1 In boekwerk 2016 foutieve telling. In openingsbalans 2017 telling gecorrigeerd.
[1] In boekwerk 2016 foutieve telling. In openingsbalans 2017 telling gecorrigeerd.
Balans en toelichting
Toelichting balans
Grondslagen voor resultaatbepaling en waardering
Inleiding
De jaarrekening bestaat uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening met toelichting en de balans met toelichting. De jaarrekening is opgesteld conform de op 1 januari 2004 in werking getreden wettelijke voorschriften en alle wijzigingen daarin tot en met 31 december 2017 zoals vastgelegd in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, alsmede de verordening ex artikel 212 Gemeentewet, waarin door de gemeenteraad de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie zijn vastgesteld.
De financiële verordening 2017 is vastgesteld in de raadsvergadering van 11 april 2017 en de actualisatie "Bijlage afschrijvingstermijnen per activasoort" bij financiële verordening gemeente Eindhoven is vastgesteld in de raadsvergadering van 19 december 2017.
Grondslagen voor resultaatbepaling
Voor de resultaatbepaling is conform het Besluit Begroting en Verantwoording het gemodificeerde stelsel van baten en lasten gehanteerd. Dat wil zeggen dat de baten en lasten zijn toegerekend naar het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Verplichtingen c.q. risico’s zoals bijvoorbeeld IKB en pensioen-wachtgeldverplichtingen en dergelijke welke een jaarlijks gelijkblijvend volume kennen en in de (meerjaren)begroting worden afgedekt zijn hier een uitzondering op. Deze posten worden toegerekend aan het jaar waarin ze zijn uitbetaald.
Afschrijving heeft plaatsgevonden op basis van de lineaire methode. Voor de investeringen ten behoeve van de afvalinzameling, parkeergarage KBC, biomassacentrales, krachtsportcentrum Tongelreep alsmede de nieuwbouw van de Effenaar, Parktheater en Dynamo is de annuïtaire methode gehanteerd.
De afschrijvingspercentages zijn gebaseerd op de verwachte levensduur. Voor de diverse soorten van activa zijn per soort afschrijvingspercentages vastgesteld. Afschrijvingen geschieden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Op grond is niet afgeschreven. Indien de waarde van een actief duurzaam vermindert in enig jaar, is deze waardevermindering onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen.
Grondslagen van waardering
Waardering, zoals binnen de gemeente Eindhoven gehanteerd, voldoen aan dit besluit inclusief alle daarin aangebrachte wijzigingen tot en met december 2017. Waardeverminderingen worden op het actief zelf in mindering gebracht.
Indien een actief buiten gebruik is gesteld, is deze afgewaardeerd indien de restwaarde lager is dan de boekwaarde. De opbrengstwaarde van een actief dat buiten gebruik is gesteld is niet in mindering gebracht op een nieuw aan te schaffen actief, maar is als incidentele bate verantwoord. Er is niet langer afgeschreven dan de vooraf vastgestelde termijn en niet verder dan dat de boekwaarde nihil is.
De grondslagen per balanspost worden aldaar toegelicht.
De immateriële activa bestaan uit bijdragen aan activa in eigendom van derden en kosten van onderzoek en ontwikkeling die beiden geactiveerd worden.
Bij de materiële vaste activa wordt een onderscheid gemaakt in investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut, investeringen met een economisch nut en materiële vaste activa economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
- Investeringen in openbare ruimte met een maatschappelijk nut (bijvoorbeeld wegen). Volgens de nieuwe BBV-regelgeving moeten deze investeringen met ingang van 2017 worden geactiveerd, echter gemeente Eindhoven heeft er voor gekozen om deze met ingang van 2016 te activeren.
- Investeringen met een economisch nut (bijvoorbeeld gronden, gebouwen en vervoermiddelen):
Deze activa zijn verhandelbaar en/of kunnen bijdragen tot het genereren van middelen. Ze worden geactiveerd voor het bedrag van de investering, het zogenaamde bruto-activeren. Aftrek van eigen middelen (reserves) is niet toegestaan. Bijdragen van derden welke in directe relatie staan met het activum worden wel in mindering gebracht (netto-variant).
- Investeringen in materiële vaste activa waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven. Dit zijn bijvoorbeeld investeringen in rioleringen, begraafplaatsen en afval.
Niet geactiveerd worden:
- BTW op activa indien deze compensabel is volgens de Wet op het BTW-compensatiefonds;
- Kunstvoorwerpen met een cultuurhistorische waarde;
- Tekorten;
- Activa met een verkrijgingsprijs minder dan € 10.000,- (met uitzondering van gronden en terreinen, deze worden altijd geactiveerd);
- Activa met een levensduur van maximaal twee jaar.
Waardering van de geactiveerde materiële vaste activa geschiedt op basis van de verkrijgingsprijs (inkoopprijs plus de bijkomende kosten) of tegen vervaardigingsprijs (de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.
Voorts kan worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak dat aan de vervaardiging van het activum kan worden toegerekend).
Voor in erfpacht uitgegeven gronden geldt de uitgifteprijs van eerste uitgifte als verkrijgingsprijs.
Gronden waarvan de erfpacht eeuwigdurend is afgekocht, worden gewaardeerd tegen zogenaamde registratiewaarde.
Financiële vaste activa staan tegen de verkrijgingsprijs gewaardeerd verminderd met de jaarlijkse aflossingen en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Deelnemingen worden wel tegen de marktwaarde gewaardeerd indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgingsprijs.
Specificatie per balansrekening
Vaste activa
Specificatie per balansrekening – Vaste activa
Omschrijving | Boekwaarde 31-12-2016 | Herrubricering | Boekwaarde 01-01-2017 | Investeringen | Desinves-teringen | Afschr. /aflossing | Afwaar-dering wegens duurzame waardevermindering | Bijdragen van derden | Mutatie in voor-ziening MVA | Boekwaarde 31-12-2017 |
VASTE ACTIVA | 687.064.211 | -102.785 | 686.961.426 | 68.270.354 | 10.184.154 | 24.511.541 | 1.244.010 | 24.819.387 | -300.381 | 694.773.069 |
Immateriële vaste act | 113.802.066 | -102.785 | 113.699.281 | 9.441.996 | - | 2.844.004 | 734.674 | 6.556 | - | 119.556.043 |
Gronden en terreinen | 5.605.218 | - | 5.605.218 | - | - | - | - | - | 5.605.218 | |
Bedrijfsgebouwen | 107.890.636 | - | 107.890.636 | 8.765.061 | - | 2.844.004 | 734.674 | - | - | 113.077.019 |
Overig | 306.212 | -102.785 | 203.427 | 676.935 | - | - | 6.556 | - | 873.806 | |
Materiële vaste activa | 525.571.393 | - | 525.571.393 | 57.097.305 | 10.184.154 | 18.108.651 | 509.336 | 24.812.831 | -300.381 | 529.354.107 |
Gronden en terreinen (ecxl. erfpachtgronden) | 63.451.284 | - | 63.451.284 | - | 337.138 | - | 185.000 | - | 62.929.146 | |
Voorziening waardevermindering voorraad gronden | -5.034.456 | - | -5.034.456 | - | - | - | - | -3.000 | -5.031.456 | |
Erfpachtgronden | 50.155.445 | - | 50.155.445 | - | - | - | - | - | 50.155.445 | |
Strategische grondverwerving | 35.926.085 | - | 35.926.085 | - | - | - | - | - | 35.926.085 | |
Gronden en terreinen | 14.309.669 | - | 14.309.669 | 572.507 | - | 1.022.515 | 266.715 | - | - | 13.592.946 |
Woonruimten | 234.481 | - | 234.481 | - | - | 14.577 | - | - | 219.904 | |
Bedrijfsgebouwen | 248.229.623 | - | 248.229.623 | 9.396.705 | 2.096.581 | 8.858.284 | 201.784 | 1.864.992 | - | 244.604.687 |
Voorziening waarde vermindering MVA (excl. voorziening waardevermindering vrd gronden) | -9.954.564 | - | -9.954.564 | - | - | - | - | -297.381 | -9.657.183 | |
Grond-, weg-, waterbouwkundige werken 1 | 73.897.437 | - | 73.897.437 | 12.134.348 | - | 1.542.663 | 11.852.983 | - | 72.636.140 | |
Investeringen in openbare ruimte met een maatschappelijk nut | 573.677 | - | 573.677 | 20.923.859 | - | 51.435 | 10.617.556 | - | 10.828.544 | |
Vervoermiddelen | 1.403.208 | - | 1.403.208 | 250.221 | - | 188.495 | - | - | 1.464.933 | |
Machines, apparaten en installaties | 52.317.821 | - | 52.317.821 | 12.692.141 | 7.750.435 | 6.421.143 | 40.837 | 212.463 | - | 50.585.085 |
Investeringen in machines, apparaten en installaties met een maatschappelijk nut | - | - | - | 1.097.261 | - | - | 79.837 | - | 1.017.424 | |
Overige materiële vaste activa | 61.683 | - | 61.683 | 30.263 | - | 9.539 | - | - | 82.407 | |
Financiële vaste activa | 47.690.752 | - | 47.690.752 | 1.731.053 | - | 3.558.886 | - | - | - | 45.862.919 |
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen | 7.908.601 | - | 7.908.601 | 210.000 | - | - | - | - | 8.118.601 | |
Leningen aan woningbouwcorporaties | 23.282.448 | - | 23.282.448 | - | - | 2.818.726 | - | - | 20.463.722 | |
Overige langlopende leningen 2 | 16.458.593 | - | 16.458.593 | 1.521.053 | - | 724.050 | - | - | 17.255.596 | |
Overige uitzettingen | 16.110 | - | 16.110 | - | - | 16.110 | - | - | - | |
Betaalde waarborgsommen | 25.000 | - | 25.000 | - | - | - | - | - | 25.000 |
1 Materiële vaste activa in economisch nut waarvoor ten bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
2 Voor de afdekking van het risico met betrekking tot de verstrekte leningen aan derden was een voorziening gevormd (saldo per 31-12-2016 € 1,3 miljoen). In 2017 is dit saldo overgeheveld naar de reserve risico’s garanties geldleningen.
Stille reserves
De kunstvoorwerpen van het Van Abbemuseum met een cultuurhistorische waarde zijn niet in de balans opgenomen (de verzekerde waarde per 31 december 2017, inclusief bruiklenen, bedraagt circa € 151,5 miljoen). Tevens is sprake van een stille reserve (opbrengstwaarde is hoger dan de boekwaarde) met betrekking tot niet bedrijfsgebonden activa (zoals woningen en diverse overige eigendommen) van € 10,5 miljoen.
Investeringen
De investeringen in de vaste activa in 2017 bedragen per saldo € 68,3 miljoen.
Dit bedrag wordt gevormd door een groot aantal mutaties van welke hierna een beperkte opsomming volgt.
- Bedrijfsgebouwen (scholen): Avignonlaan (€ 4,8 miljoen), Dirk Boutslaan 25 (€ 2,8 miljoen).
- Bedrijfsgebouwen (overig): Frankrijkstraat 79 (€ 2,2 miljoen), Stadhuistoren (€ 2,7 miljoen).
- Machines, apparaten en installaties: servers (€ 1,4 miljoen), Stadhuisplein 2 (€ 5,8 miljoen), Stadhuistoren (1,3 miljoen).
- Grond-, weg- en waterbouw: rioleringen (€ 12 miljoen).
- Infrastructuur: Challenge variant (€ 4,6 miljoen), Wegen (€ 5,8 miljoen).
- Groen: Roadmap licht (€ 1,5 miljoen), overige investeringen groen ( € 6 miljoen).
Vanaf 1 januari 2017 zijn we verplicht de investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut te activeren. Van 86 bestaande projecten in de projectadministratie zijn de restantbudgetten (€ 25,,4 miljoen netto) per 1 januari omgezet naar activa. De uitgaven en inkomsten tot en met 2016 (in totaal € 49,9 miljoen netto) zijn niet geactiveerd.
Kapitaalverstrekking aan derden
Hieronder wordt een overzicht gegeven van de aandelen in gemeenschappelijke regelingen en deelnemingen:
(bedragen in euro’s) | ||||
Boekwaarde | Boekwaarde | Verschil | Omvang | |
Totaal deelnemingen | 7.908.601 | 8.118.601 | 210.000 | |
Specificatie | ||||
Muziekgebouw Eindhoven N.V. | 45.378 | 45.378 | 0 | 100 % |
Af> voorziening Afwaardering Muziekgebouw*) | -45.378 | -45.378 | 0 | |
Parktheater Eindhoven N.V. | 45.378 | 45.378 | 0 | 100 % |
Meerderheidsdeelneming in nom kapitaal | 45.378 | 45.378 | 0 | |
Enexis Holding N.V. (voorheen Essent) | 11.345 | 11.345 | 0 | 0,02 % |
Eindhoven Airport N.V. | 555.881 | 555.881 | 0 | 24,5 % |
Twice Eindhoven B.V. | 112.500 | 112.500 | 0 | 20,0 % |
N.V. Brainport Development | 6.843 | 6.843 | 0 | 14,52 % |
BNG N.V. | 429.000 | 429.000 | 0 | 0,30 % |
Park Strijp C.V.**) | 800.000 | 1.000.000 | 200.000 | 50,0 % |
Park Strijp Beheer B.V.**) | 0 | 10.000 | 10.000 | 50,0 % |
Breedband Regio Eindhoven B.V. | 1.278.615 | 1.278.615 | 0 | 30,7 % |
Minderheidsdeelneming in nom kapitaal | 3.194.184 | 3.404.184 | 210.000 | |
Flight Forum BV/CV (035-09-13) | 4.669.039 | 4.669.039 | 0 | 50,9 % |
*) Vanwege de financiële positie van het Muziekgebouw is het aandelenpakket van het Muziekgebouw afgewaardeerd tot op nihil.
**) De deelneming in Strijp S CV en Strijp S beheer BV is in 2015 tijdelijk afgewaardeerd omdat de waarde van het eigen vermogen lager was dan de ingebrachte waarde door de aandeelhouders. De cijfers van de jaarrekeningen 2016 van Park Strijp BV en Park Strijp CV laten zien dat het eigen vermogen van beide entiteiten weer van een zodanig niveau is dat de deelnemingen weer kunnen worden opgewaardeerd naar het oorspronkelijke niveau
Leningen aan woningbouwcorporaties
Van de aan woningbouwcorporaties verstrekte leningen (€ 20,5 miljoen) is ca.40 % ondergebracht bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Het WSW staat garant indien een woningbouwcorporatie in gebreke blijft met betrekking tot rente- en aflossingsverplichtingen.
Overige langlopende leningen
De grootste langlopende lening betreft een lening van € 11,9 miljoen aan Park Strijp CV.
Aan het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting is de uitvoering uitbesteed voor activiteiten waarbij de gemeente Eindhoven leningen (€ 4,4 miljoen) verstrekt ten behoeve van onder andere starters op de woningmarkt en duurzaamheid (energie beperkende maatregelen).
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van langer dan één jaar.
In 2017 is de belegging ter dekking van uit te keren subsidies volledig vrijgevallen.
Vlottende activa
Voorraden
Grondslag voor waardering
Voorradenworden gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs verminderd met eventuele voorzieningen voor incourant en verlieslatende projecten. Indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs dient de marktwaarde als waardering te worden gebruikt (ook onder vermindering van eventuele voorzieningen voor incourant). Lopende grondexploitaties worden op de balans opgenomen als onderhanden werk.
Onderhanden werk
De balanspost ‘Onderhanden werk’ heeft per ultimo 2017 een saldo van € 97,5 miljoen voor aftrek voorziening verliesgevende exploitaties van € 4,9 miljoen. Binnen deze post zijn onder andere begrepen de in exploitatie genomen gronden. De boekwaarde hiervan bedroeg ultimo 2016 € 109,1 miljoen. Deze balanspost betreft de grondexploitaties waarbij de gemeente de in bezit zijnde grond en (eventueel) aanwezige opstallen omvormt naar bouwrijpe grond, met als oogmerk (opnieuw) te worden bebouwd.
Ultimo 2017 was de boekwaarde van deze grondexploitaties € 95,9 miljoen (dit voor aftrek van voorziening verliesgevende planexploitaties) en is in totaal met € 11,2 miljoen afgenomen. Dit wordt veroorzaakt doordat bij diverse grondexploitaties de boekwaarde van de in eerdere jaren gemaakte kosten (bijvoorbeeld voor bouw- en woonrijp maken van de grond) is afgenomen door het realiseren van opbrengsten door verkoop van kavels en overige grondverkopen.
Ook dit jaar zijn de prospecties van de grondexploitaties herijkt. De verwachte eindwaarde van de grondexploitaties bedraagt circa € 31 miljoen en de verwachte netto contante waarde circa € 27 miljoen. In de prospecties (toekomstige opbrengsten) zijn een aantal verliesgevende exploitaties naar voren gekomen. Hiervoor is een voorziening gevormd. De voorziening verliesgevende grondexploitaties (stand per 31-12-2017 € 4,9 miljoen) wordt in mindering gebracht op de boekwaarde. De voorziening is contant gemaakt met de verwachte rentevoet. De voorziening zal in de komende jaren jaarlijks met de rentecomponent verhoogd worden om aan het einde van de looptijd het verwachte verlies te kunnen afdekken.
De resultaten die uiteindelijk werkelijk worden behaald, worden beïnvloed door vele factoren, waaronder conjunctuur, marktontwikkelingen en overheidsbeleid. Om eventuele risico’s in dit kader te kunnen opvangen is bij de herijking een berekening gemaakt van de benodigde weerstandscapaciteit. Hierbij zijn de specifieke projectrisico’s en marktrisico’s benoemd en gekwantificeerd. Bij de marktrisico’s is daarbij rekening gehouden met mogelijke rentestijging, opbrengstdaling en vertraging. Het totale weerstandsvermogen van de gemeente is voldoende om de ingeschatte benodigde weerstandscapaciteit van € 19,3 miljoen op te kunnen vangen (zie paragraaf weerstandsvermogen).
Tussentijds winstnemen
In overeenstemming met BBV-regelgeving wordt winst uit grondexploitaties worden genomen als:
- Het resultaat op de grondexploitatie betrouwbaar kan worden ingeschat, én
- De grond (of een deelperceel) is verkocht, én
- Kosten zijn gerealiseerd.
Voor de grondexploitaties die aan deze drie voorwaarden voldoen wordt winst worden genomen gebaseerd op het verwachte eindsaldo waarop een reservering voor onzekerheden/risico’s in mindering is gebracht en de POC (Percentage of Completion). Hiervoor is onderstaande formule gehanteerd:
(gerealiseerde kosten / totale kosten) x (gerealiseerde opbrengsten / totale opbrengsten) = % POC
(geraamd eindsaldo – risicoreservering) x % POC = bedrag tussentijds winst nemen
De totale winstneming exclusief de hieronder toegelichte risicoreservering bedraagt € 23,1 miljoen. Na aftrek van de risicoreservering van € 4,3 miljoen is er € 18,8 miljoen aan winst genomen.
Risicoreservering
In overeenstemming met de richtlijnen van de commissie BBV is bij de bepaling van de tussentijdse winstneming rekening gehouden met de risico’s die specifiek te relateren zijn aan de nog te realiseren kosten en nog te verwachten opbrengsten van de individuele grondexploitaties.
Wij hebben gebruik gemaakt van deze bepaling met betrekking tot tussentijds winstnemen en hebben in dit kader de volgende risicoreservering toegepast:
Risicoreservering Meerhoven € 3.317.748
Risicoreservering Stationskwartier € 709.944
Risicoreservering overige projecten € 307.810
TOTAAL € 4.335.502
Deze risicoreservering heeft betrekking op de volgende risico’s:
- Apparaatskosten: Er is sprake van een verhoogde onzekerheid ten aazien van het inschatten van de apparaatskosten bij langlopende projecten.
- Extra kosten: additionele onzekerheden ten aanzien van de inschatting van extra kosten bijvoorbeeld als gevolg van archeologie, explosieven, kabels en leidingen, ontruimingsprocedure, geluid of planschade
- Contractrisico: voor de verkoop van kavels is in veel gevallen al een koopovereenkomst met een derde partij gesloten. In sommige gevallen is sprake van specifieke risico’s ten aanzien van het contract, bijvoorbeeld een lopende juridische procedure, contractovername of faillissement.
Door het bij de bepaling van de tussentijdse winstneming rekening te houden met deze risico’s is circa € 4,3 miljoen minder tussentijds winstgenomen in de grondexploitaties
Richttermijn maximale looptijd grondexploitaties 10 jaar
De commissie BBV heeft de richttermijn voor de maximale looptijd van grondexploitaties gesteld op 10 jaar. Hiervan kan gemotiveerd worden afgeweken. Een gemotiveerde afwijking houdt in dat deze motivatie is geautoriseerd door de raad en verantwoord in de begroting en de jaarstukken. De motivatie moet tevens zijn voorzien van risico-beperkende beheersmaatregelen die de gemeente heeft genomen om de onzekerheden en risico’s die gepaard gaan met de langere looptijd te mitigeren.
De grondexploitatie Meerhoven (t/m 2030) heeft een looptijd langer dan 10 jaar. De raad heeft besloten om voor deze grondexploitatie gemotiveerd af te wijken van de richttermijn omdat voldoende risicobeperkende maatregelen zijn genomen die de onzekerheden en risico's gepaard gaande met de langere looptijd te mitigeren.
Voor verdere informatie over de grondexploitaties wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid.
Gereed product en handelsgoederen
De handelsportefeuille is met € 0,4 miljoen afgenomen voornamelijk door de afwaardering van enkele garageboxen.
Voor verdere informatie over de voorraden wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd van korter dan één jaar
Grondslag voor waardering
Uitzettingen worden onder aftrek van eventuele statisch bepaalde voorzieningen voor oninbaarheid (dubieuze debiteren) gewaardeerd tegen de nominale waarde
- Vorderingen op openbare lichamen
De vordering heeft voornamelijk betrekking op de met de fiscus te verrekenen BTW (waaronder de vordering op het landelijk BTW-compensatiefonds van € 33,2 miljoen).
Daarnaast staat er nog voor een bedrag van ongeveer € 8 miljoen open op het rijk, provincie, gemeentes en andere overheidsinstellingen.
- Overige vorderingen
Eind 2017 was de stand van de overige vorderingen € 44,8 miljoen. Dit is opgebouwd uit 3 soorten vorderingen, namelijk cliëntdebiteuren, belastingdebiteuren en overige debiteuren (zie ook onderstaande tabel). Inzake deze vorderingen is de inschatting dat niet alle bedragen ontvangen zullen worden.
Daarvoor is een voorziening dubieuze debiteuren opgenomen van € 12,9 miljoen. Dit resulteert in een netto bedrag van € 31,9 miljoen. De vorderingen op cliëntdebiteuren is opgebouwd uit diverse soorten regelingen, zoals bijstandsvorderingen, geldleningen, voorschotten en boetes. De aflossing is vaak verspreid over vele jaren vanwege de lage inkomens. De voorziening voor cliëntdebiteuren wordt berekend op basis van wel of geen aflossingsverplichting, lopende aflossingen en percentages per status van de vordering.
Door ondernomen acties is de oninbaarheid van debiteuren gedaald, wat tot uitdrukking komt in een lagere voorziening dubieuze debiteuren.
De vorderingen op de belastingdebiteuren zijn opgebouwd uit openstaande belastingaanslagen voor gemeentelijke belastingen. Alle vorderingen worden nauwgezet gevolgd en grotendeels via de eigen belastingdeurwaarders geïnd. Voor de belastingdebiteuren is vanuit het verleden geen voorziening opgesteld. De oninbare vorderingen worden jaarlijks rechtstreeks ten laste van de exploitatie gebracht.
De overige debiteuren bestaan uit vorderingen op basis van verhuur woningen of accommodaties, leges, vergunningen, grondverkopen, enz. Alle vorderingen worden permanent gevolgd en waar nodig doorgezet naar een gerechtsdeurwaarder of de eigen belastingdeurwaarder. Voor de overige vorderingen wordt jaarlijks een berekening opgesteld waarbij diverse groepen van vorderingen individueel worden ingeschat en aan de rest percentages zijn gekoppeld op basis van de ouderdom van de vordering.
Ook hiervoor is een voorziening gevormd voor oninbare bedragen.
(bedragen x € 1 miljoen) | ||||||
31-12-16 | 31-12-17 | |||||
Totaal debiteuren | Voorziening | Te ontvangen | Totaal debiteuren | Voorziening | Te ontvangen | |
Totaal | 44,9 | 17,0 | 27,9 | 44,8 | 12,9 | 31,9 |
Clientdebiteuren | 21,4 | 11,0 | 10,4 | 21,5 | 11,3 | 10,2 |
Belastingdebiteuren | 6,9 | - | 6,9 | 5,5 | - | 5,5 |
Overige debiteuren | 16,6 | 6,0 | 10,6 | 17,8 | 1,6 | 16,2 |
Liquide middelen
Grondslag voor waardering
Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | |||
31-12-16 | 31-12-17 | ||
B12 | Totaal liquide middelen | 109 | 4.450 |
Kassen | 89 | 65 | |
Bankrekeningen | - | 4.361 | |
Kruisposten | 20 | 24 |
Banksaldi per 31 december 2016 is terug te vinden aan de passivazijde bij de netto vlottende schulden.
Schatkistbankieren
Eind 2013 is verplicht schatkistbankieren voor decentrale overheden ingevoerd. Eindhoven heeft geen structurele tegoeden. Mocht een tijdelijk kasoverschot gemiddeld over een kwartaal boven de norm (€ 4,39 miljoen voor Eindhoven in 2017) uitkomen, moet dit afgestort worden bij de Staat. In 2017 is het saldo op de bankrekeningen onder de norm gebleven dankzij strakke sturing op de liquiditeitspositie.
(bedragen x € 1 miljoen) | ||||||
Schatkistbankieren | kw1 | kw2 | kw3 | kw4 | ||
Limiet (drempelbedrag) | 4,39 | 4,39 | 4,39 | 4,39 | ||
Gemiddeld saldo op bankrekeningen gedurende het kwartaal | 4,35 | 4,35 | 4,09 | 3,99 |
Overlopende activa
Specificatie per balansrekening - Overlopende activa
Grondslag voor waardering
Overlopende activa worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | |||||||
31-12-16 | 31-12-17 | ||||||
B21 | Totaal overlopende activa | 19.565 | 22.583 | ||||
De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, nog te ontvangen: | 6.631 | 4.635 | |||||
| - | 512 | |||||
| 2.469 | 428 | |||||
| 4.162 | 3.695 | |||||
Overige nog te ontvangen bedragen | 8.092 | 8.584 | |||||
Vooruitbetaalde bedragen | 4.842 | 9.364 |
Het saldo van de voorschotbedragen inzake publiekrechtelijke lichamen ultimo 2017 heeft voornamelijk betrekking op bijdragen van gemeenten.
Hierna volgt het verloopoverzicht inzake het jaar 2017.
Verloopoverzicht voorschotbedragen publiekrechtelijke lichamen
(bedragen in euro’s) | |||||
Het saldo | Toevoegingen | Ontvangen bedragen | Het saldo | ||
Totaal | 6.630.790 | 4.635.037 | 6.630.790 | 4.635.037 | |
Europese overheidslichamen | |||||
Europese commissie deelname project SPEA | - | 512.000 | - | 512.000 | |
Rijk | |||||
Belastingdienst inhuur en reintegratietrajecten | 63.915 | - | 63.915 | - | |
Belastingdienst energiebelasting | - | 34.000 | - | 34.000 | |
Ministerie I & M geluidswering | 312.306 | - | 312.306 | - | |
Ministerie SZW BBZ | - | 119.700 | - | 119.700 | |
Ministerie VROM SISA E3 | 919.435 | 50.156 | 919.435 | 50.156 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 1.173.695 | 223.852 | 1.173.695 | 223.852 | |
Overige Nederlandse overheidslichamen | |||||
Gemeenten Jeugd DVO | 511.963 | 406.240 | 511.963 | 406.240 | |
Gemeenten Jeugdzorgplus | 3.553.811 | 3.278.370 | 3.553.811 | 3.278.370 | |
Gemeente Veldhoven HECS | 10.000 | - | 10.000 | - | |
MRE backbone/breedbandnetwerk | 23.165 | - | 23.165 | - | |
Provincie NBr Holland Expat Center South | 62.500 | - | 62.500 | - | |
Overige te ontvangen publiekrechtelijk | - | 10.719 | - | 10.719 |
De grootste posten bij de overige nog te ontvangen bedragen betreffen gemeentelijke belastingen (€ 3,9 miljoen) en Biomassacentrales (€ 0.8 miljoen). Bij de vooruitbetaalde bedragen zijn dat de rente op de erfpachtconstructie met PSV (€ 0,9 miljoen) en de betalingen aan crediteuren die per begin 2018 als dusdanig zijn gerubriceerd
(€ 6,3 miljoen).
Vaste passiva
Specificatie per balansrekening – Vaste Passiva
Eigen vermogen/reserves
Grondslag voor waardering
Eigen vermogen wordt gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | ||
31-12-16 | 31-12-17 | |
B04 Totaal eigen vermogen | 184.781 | 178.462 |
Reserves Totaal | 204.422 | 181.214 |
Algemene reserves | 97.233 | 71.213 |
Diverse overige bestemmingsreserves | 107.189 | 110.001 |
Reserves ten behoeve van investeringen/afdekken kapitaallasten | - | - |
Gerealiseerd resultaat | -19.641 | -2.753 |
De stand van de reserves is in 2017 met € 23,2 miljoen afgenomen tot een bedrag van € 181,2 miljoen.
In de staat van reserves (zie de bijlagen) is een volledig overzicht van de mutaties in de reserves en een bijbehorende toelichting opgenomen. Onderstaand zijn de reserves genoemd waarbinnen mutaties hebben plaatsgevonden groter dan € 5 miljoen.
(bedragen x € 1 miljoen) | ||
Omschrijving | mutatie 2017 | |
Reserve Eigen Kapitaal | -/- 26,0 | |
Reserve maatschappelijk nut in ontwikkeling | -/- 14,0 | |
Reserve financieringsfonds MIP | + 18,6 | |
Reserve integrale wijkvernieuwing | -/- 9,8 | |
Reserve groot onderhoud | + 8,6 |
Voorzieningen
Grondslag voor waardering
Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | ||
31-12-16 | 31-12-17 | |
B05 Totaal voorzieningen | 56.445 | 58.766 |
Overige voorzieningen | 56.445 | 58.669 |
Onderhoudsvoorzieningen | 22.202 | 20.693 |
Risicovoorzieningen | 5.886 | 2.386 |
Overige voorzieningen | 4.985 | 13.805 |
Vervangingsvoorzieningen | 23.372 | 21.785 |
Onderwijsvoorzieningen | - | 97 |
Het saldo van de voorzieningen is in 2017 met € 2,3 miljoen toegenomen. Dit komt mede door het instellen van een aantal nieuwe voorzieningen waar stortingen in plaats vinden. Het betreft onder andere de voorziening fysieke basisinfrastructuur €1,5 miljoen, voorziening sociaal plan medewerkers ijsbaan € 1,3 miljoen, voorziening wachtgeld bestuurders € 1,25 miljoen, voorziening claims en juridische geschillen € 2,5 miljoen en de voorziening overige WW-ers € 0,4 miljoen. In de staat van voorzieningen (zie bijlage) is een volledig overzicht van de mutaties in de voorzieningen en een bijbehorende toelichting opgenomen. Onderstaand zijn de voorzieningen genoemd waarbinnen mutaties hebben plaatsgevonden groter dan € 5 miljoen.
(bedragen x € 1 miljoen) | |
Omschrijving | mutatie 2017 |
Voorziening riolen | -/- 1,6 |
Ten aanzien van de voorziening claims en geschillen merken wij op dat deze voorziening toeziet op lopende claims en geschillen met externen. De hoogte van de voorziening betreft de beste inschatting op basis van de thans beschikbare informatie. Deze inschatting is mede afhankelijk van de daadwerkelijke uitkomsten van juridische uitspraak of nadere afspraken en kan in de toekomst afwijken van het opgenomen bedrag.
Vaste schulden
Grondslag voor waardering
Vaste schuldenworden gewaardeerd tegen de oorspronkelijke hoofdsom, verminderd met de gedane aflossingen.
Het saldo van de vaste schulden per 31 december 2017 bedraagt € 436 miljoen. In 2017 is per saldo voor
€ 0,8 miljoen aan nieuwe leningen opgenomen. De rentelasten van de vaste schulden bedragen € 8,9 miljoen voor het jaar 2017. Hierna volgt het gespecificeerde overzicht onderverdeeld naar opgenomen langlopende geldleningen, door derden belegde reserves en ontvangen waarborgsommen.
Verloopoverzicht vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer
(bedragen in euro’s) | |||||
Restantbedrag | Vermeerdering | Aflossing in | Restantbedrag | ||
B06 Totaal vaste schulden met | 435.188.581 | 57.410.466 | 56.596.306 | 436.002.741 | |
Totaal onderhandse leningen | 434.542.448 | 57.400.000 | 56.562.726 | 435.379.722 | |
OL van binnenlandse | 1.104.469 | - | 349.693 | 754.776 | |
OL van binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 353.377.979 | 57.400.000 | 44.753.033 | 366.024.946 | |
OL van openbare lichamen | 31.460.000 | - | 11.460.000 | 20.000.000 | |
OL van buitenlandse instellingen, fondsen , banken, bedrijven en overige sectoren | 48.600.000 | - | - | 48.600.000 | |
Totaal door derden | - | - | |||
Door derden belegde gelden | - | - | |||
Totaal ontvangen waarborgsommen van derden | 630.023 | 10.466 | 17.470 | 623.019 | |
Ontvangen waarborgsommen van derden | 630.023 | 10.466 | 17.470 | 623.019 | |
Totaal overige vaste schulden | 16.110 | - | 16.110 | - | |
Overige vaste schulden | 16.110 | - | 16.110 | - |
Vlottende passiva
Specificatie per balansrekening –Vlottende Passiva
Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Grondslag voor waardering
De netto-vlottende schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | |||
31-12-16 | 31-12-17 | ||
B13 | Totaal netto-vlottende schulden | 119.066 | 126.713 |
Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen | 12.000 | 26.000 | |
Overige kasgeldleningen | 50.000 | 44.000 | |
Banksaldi | 3.350 | - | |
Afdrachtposten | 12.220 | 13.437 | |
Overige schulden | 41.496 | 43.276 |
Banksaldi per 31 december 2017 zijn terug te vinden aan de activazijde bij de liquide middelen.
Overlopende passiva
Grondslag voor waardering
De overlopende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | ||||||
31-12-16 | 31-12-17 | |||||
B22 | Totaal overlopende passiva | 91.791 | 95.174 | |||
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen. | 49.659 | 52.554 | ||||
De voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren, ontvangen van: | 38.066 | 40.758 | ||||
| 40 | 591 | ||||
| 35.892 | 23.370 | ||||
| 2.134 | 16.797 | ||||
Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen. | 4.066 | 1.862 |
De grootste posten bij de verplichtingen betreffen verplichtingen in het kader van de zorg (€ 30 miljoen) en nog te betalen rente op leningen (€ 3,5 miljoen).
De in de balans opgenomen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel worden als volgt gespecificeerd.
(bedragen in euro’s) | |||||
Het saldo | Ontvangen bedragen | Vrijgevallen bedragen/ terugbetalingen | Het saldo | ||
Totaal | 38.065.736 | 23.730.473 | 21.038.407 | 40.757.802 | |
Rijk/Provincie afwikkeling projecten MNIO 2013 | |||||
Fietsbrug Kennedylaan | 445.989 | -446.829 | -840 | - | |
Black Spot Montpellierlaan/Fransebaan | 464.785 | 82.650 | 402.769 | 144.666 | |
Geluidsbelastingkaarten | 107.815 | - | 107.815 | - | |
Geluidssaneringschermen | 581.959 | - | 11.127 | 570.832 | |
Landschapsontwerp Dommeldal / De Hogt | 910.614 | - | 39.781 | 870.833 | |
Ombouw bestaand tracé naar slowlane norm | 129.320 | 365.000 | 25.171 | 469.149 | |
Plan van aanpak luchtkwaliteit | 3.045.489 | - | 3.045.489 | - | |
Herinrichting Vestdijk | - | 3.173.514 | 960.860 | 2.212.654 | |
Rijk/Provincie afwikkeling projecten MNIO 2015 | |||||
2e HOV lijn nog niet besloten | 827.633 | 9.639.082 | 5.133.682 | 5.333.033 | |
Rijk/Provincie afwikkeling projecten MNIO 2016 | |||||
Fietspad Bilderdijklaan | 152.182 | 159.576 | 311.758 | - | |
ESF J 2014-2015 | 837.535 | 288.553 | 132.788 | 993.300 | |
Maatregelen ov-concessie | 899.817 | 175.720 | 1.075.537 | - | |
Europa | |||||
UNalab | - | 690.780 | 99.509 | 591.271 | |
Zero Energy sportfacilities | 39.765 | - | 39.765 | - | |
Rijk | |||||
Min I&M Noordelijke aansluiting A2 | 12.324.966 | - | 2.172.034 | 10.152.932 | |
Min I&M Noord-Zuid corridor | 768.651 | 871.968 | 768.651 | 871.968 | |
Min I&M West corridor | - | 144.800 | - | 144.800 | |
Min EZ Slowlane noordelijke schakels | - | 1.297.829 | 10.774 | 1.287.055 | |
Min OCW Regionale Meld- en Coördinatiecentra | 335.040 | 1.281.636 | 1.458.021 | 158.655 | |
Min V&J Donkere dagen offensief | 62.497 | - | 62.497 | - | |
Min BZ regio Oost Brabant | 38.141 | - | 38.141 | - | |
Min V&J ex-gedetineerden | 42.923 | - | 42.923 | - | |
Min OCW Voortijdig schoolverlaten | 791.123 | - | 428.570 | 362.553 | |
Min OCW subs educatiemiddelen | - | 1.569.000 | 1.256.751 | 312.249 | |
Min SZW Expat Center South | 50.000 | - | 50.000 | - | |
Provincie Noord-Brabant | |||||
Brainport Dev uitvp ZO Brabant 2017 | - | 400.000 | 117.000 | 283.000 | |
Regeling goedkope koopwoning | 274.134 | - | 120.385 | 153.749 | |
Stil asfalt Geldropseweg t.b.v. DAF | - | 450.000 | 121.359 | 328.641 | |
VRI optimalisatie | - | 39.380 | - | 39.380 | |
Kruispunt Koudenhovenseweg | - | 32.000 | - | 32.000 | |
Fietsflat Neckerspoel | - | 2.309.000 | 59.456 | 2.249.544 | |
Quick win Noordzijde station | - | 487.152 | 254.315 | 232.837 | |
Lokaal Investeringsfonds Eindhoven | - | 318.000 | 66.343 | 251.657 | |
Mobiliteitsmanagement | 269.800 | - | 269.800 | - | |
Loket aangepast sporten regio | 9.795 | - | 9.795 | - | |
Gemeenten | |||||
Bijdrage BSGE | 4.221 | 29.935 | 31.442 | 2.714 | |
Netwerk DSO | 25.571 | - | 25.571 | - | |
Samenwerkingsverband Regio Eindhoven | |||||
Breedband Stedelijk Gebied | 956.097 | - | 956.097 | - | |
Groene Raamwerk | 12.806.002 | - | 245.508 | 12.560.494 | |
Metropool Regio Eindhoven | |||||
Acquisitie bedrijven | 267.000 | - | 267.000 | - | |
Overige vooruit ontvangen publiekrechtelijk | 596.872 | 371.727 | 820.763 | 147.836 |
De grootste post bij de overige vooruitontvangen bedragen betreft de rente inzake de erfpachtconstructie met PSV voor een bedrag van € 1,1 miljoen.
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Hierna wordt inzicht gegeven in de financiële verplichtingen (afname/volume) waartoe de gemeente zich in 2017 of eerder heeft verbonden, welke doorlopen naar 2018 of later, groter zijn dan € 0,5 miljoen en niet op een andere wijze als schuld of voorziening in de balans zijn opgenomen.
Gewaarborgde geldleningen
De gemeente Eindhoven staat garant voor diverse instellingen voor de terugbetaling van door hen geleende gelden bij geldgevers. In de groep ‘Sport’ (zie specificatie) wordt een contragarantie gegeven door de Stichting Waarborgfonds Sport.
Hieronder volgt een overzicht van de geldleningen naar diverse groepen. Voor een verdere specificatie van de gewaarborgde geldleningen wordt verwezen naar de staat van borg- en garantstellingen in de bijlagen.
(bedragen x € 1.000) | |||
Restant per | Restant per | Mutatie 2017 | |
Totaal borgstellingen | 17.851 | 16.561 | -1290 |
Woningbouwgaranties gemeente | 3.604 | 3.120 | -484 |
Gezondheidszorg | 5.484 | 5.126 | -358 |
Cultuur | 6.291 | 5.967 | -324 |
Sport | 1.343 | 1.257 | -86 |
Welzijn | 937 | 925 | -12 |
Overige gewaarborgde geldleningengaranties | 192 | 166 | -26 |
Voor de afdekking van het risico met betrekking tot de gewaarborgde geldleningen is een reserve gevormd. De hoogte van deze reserve ultimo 2017 is € 2,4 miljoen.
Stichting Waarborgfonds Eigen Woning (Nationale Hypotheek Garantie)
Op 10 oktober 1993 is de gemeente een overeenkomst aangegaan om tot zekerheid voor de nakoming van de betalingsverplichtingen van de stichting jegens geldgevers achtergestelde, renteloze leningen aan de stichting te verstrekken..
In het 4e kwartaalbericht 2017 van het NHG van januari 2017 is gebleken dat het garantievermogen van het waarborgfonds in 2017 is gestegen naar € 1,1 miljard als gevolg van het toegenomen aantal nieuwe garanties en een daling van het aantal verliesdeclaraties.
In de Liquiditeitsprognose 2017-2022 is dan ook de verwachting dat er geen aanspraak zal worden gemaakt op de achtervangfunctie van het Rijk en de gemeenten. Deze achtervangfunctie geldt alleen voor tot 1 januari 2011 afgegeven hypotheekgaranties. Vanaf deze datum staat het Rijk voor 100 % garant.
Factoren waar de prognose rekening mee houdt zijn de gunstige conjuncturele omstandigheden en een woningprijsstijging van circa 3 procent in 2018, lichtelijke dalende in jaren daarna.
De gemeente Eindhoven heeft nog 7.747 garanties uit heeft staan in de achtervang (t/m 2010) voor een totaal bedrag van €1,267 miljard.
Verlofaanspraken
Per 31 december 2017 is over 2018 en verdere jaren voor € 6,3 miljoen aan op te nemen verlofaanspraken opgebouwd.
Onderhanden claims
Gemeente Eindhoven heeft een aantal claims ontvangen welke onderhanden zijn. De financiële uitkomsten hiervan zijn niet bekend noch in te schatten en kunnen derhalve niet verwerkt worden in de jaarrekening.
Conform richtlijnen zijn deze wel nader toegelicht in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing zoals opgenomen in het jaarverslag.
Overige financiële verplichtingen:
- Langlopende huurverplichtingen in verband met gebouwen (onder andere Muziekcentrum, Pop Ei, Stadskantoor) voor 2018 € 4,7 miljoen, voor 2019 en 2020 getotaliseerd € 7,1 miljoen en € 27,7 miljoen voor de daarna volgende jaren;
- Meerjarige lease- en huurcontracten (zoals lease printers en programmatuur) bedragen voor 2018 tot en met 2020 € 0,7 miljoen;
- Jaaroverschrijdende inhuurverplichtingen € 11,9 miljoen.
- Meerjarige verplichtingen die voortvloeien uit aanbestedingen € 162,9 miljoen (onder andere verduurzamen gemeentegebouwen en behoud en vergroting profiel ‘Eindhoven Lichtstad’)
- De gemeente heeft met het schoolbestuur (ISE) een leveringsovereenkomst afgesloten.
In de leveringsovereenkomst worden de afspraken tussen gemeente en school over samenwerking
gedurende de aanbesteding, bekostiging van het project en de financiële risicoverdeling gedurende
de 30-jarige looptijd van het DBFMO-contract (Design Build Finance Maintain en Operate) vastgelegd.
Hierin is ook opgenomen dat de gemeente garant staat indien de school niet meer aan haar
verplichtingen kan voldoen.
Gebeurtenissen na balansdatum
Op 18 januari 2018 heeft een grote storm huisgehouden. Als gevolg hiervan zijn binnen Eindhoven bijna 400 bomen omgewaaid en diverse gebouwen beschadigd. De opruimwerkzaamheden van de omgewaaide bomen geeft een extra kostenpost van ca. € 500.000. Door schade aan gebouwen is er via de brandverzekering ca. € 108.000 geclaimd en via de aansprakelijkheidsverzekering is ca. € 2.000 aan schade toegekend. Totale impact van deze gebeurtenis komt hiermee op € 610.000 (Het eigen risico van de Gemeente bedraagt € 750.000). Voor de specificatie van de kosten/claims zie onderstaande link.
De Provincie heeft besloten dat de Gemeente Eindhoven en de Gemeente Nuenen moeten gaan fuseren. Hiervoor wordt nu een proces in gang gezet om dit te bewerkstelligen. Op dit moment is nog niet bekend wat de impact precies zal zijn, zowel financieel als organisatorisch, maar dat het impact zal hebben moge duidelijk zijn.
Op 19-2-2018 is definitief bekend gemaakt dat Brainport één van de zes belangrijke regio projecten is waarvoor extra geld wordt uitgetrokken. De regio ontvangt een bijdrage van € 130 miljoen op een totaal pakket van € 370 miljoen aan investeringen ten behoeve van het realiseren van een onderscheidend voorzieningenaanbod, het aantrekken en behouden van talent, en innovaties met maatschappelijke impact. Dit zal een extra impuls geven aan zowel de regio als aan Eindhoven zelf.