In dit hoofdstuk treft u de 7 raadsprogramma’s aan die we onderscheiden. Ieder (raads)programma (RP) bestaat uit een aantal collegeproducten (CP). Eerst treft u het raadsprogramma aan, vervolgens de onderliggende collegeproducten. De investeringen worden op programmaniveau toegelicht. De financiële analyses worden op collegeproductniveau toegelicht. Het voordeel hiervan is dat toelichtingen slechts éénmaal nodig zijn. We hebben ervoor gekozen om dat zoveel mogelijk te doen in de collegeproducten.  

Bij de raadsprogramma’s komt het volgende aan de orde:

  • Infographics: in een grafiek per collegeproduct tonen we het saldo van baten en lasten op basis van de begroting en de realisatie en het saldo hiervan .
  • Inleiding: korte toelichting over het raadsprogramma en collegeproducten.
  • Effecten en cijfers: Hier komen achtereenvolgens aan bod: de effectindicatoren (beschrijving van de maatschappelijke effecten), de investeringen en de exploitatie.

Bij de onderliggende collegeproducten komen de volgende items aan bod:

  • Korte toelichting op het betreffende collegeproduct
  • Wat hebben we bereikt? Ook hier komen de effectindicatoren aan bod.
  • Wat hebben we daarvoor gedaan? Hier wordt beschreven welke activiteiten zijn uitgevoerd en prestaties worden geleverd die bij dit doel horen. Er wordt verantwoord op basis van de activiteiten die zijn opgenomen in de begroting 2016. Eerst wordt de activiteit uit de begroting herhaald, vervolgens leest u de verantwoording. Met een kleur is aangegeven hoe de uitvoering van de activiteit is verlopen:

Conform raming

Niet conform raming, maar de planning c.q. raming is bijgesteld

Niet conform raming en realisatie is een probleem

Gegeven is niet bekend

  Vervolgens komen de investeringen en de toelichting op de investeringen aan bod, waarna de exploitatie en de toelichting daarop dit onderdeel afsluiten.

  • Indicatoren hoofdproducten  Indien deze afwijken van de indicatoren die zijn vermeld in de raadsprogramma’s komen deze hier aan bod.

In het kader van het “Besluit begroting en verantwoording” (BBV) zijn door het Rijk beleidsindicatoren opgesteld die door gemeenten in hun begroting en verantwoording opgenomen moeten worden (Regeling beleidsindicatoren gemeenten). Deze indicatoren zijn dus van Rijkswege bepaald en de gerealiseerde waarden worden ook door het Rijk aangeleverd. VNG publiceert de BBV indicatoren op Waarstaatjegemeente.nl.
Waar de BBV indicatoren goed aansluiten bij Eindhovense beleidsdoelstellingen, hebben we de indicatoren geïntegreerd in de doelenbomen. Voor de overige BBV indicatoren is het niet altijd mogelijk om de gerealiseerde waarde en de ontwikkeling van de indicator te duiden en daarover te verantwoorden. Bovendien zijn sommige BBV indicatoren niet actueel. En, tot slot, zullen enkele indicatoren vanaf 2018 of 2019 vervallen.